De bekostigingswet van het onderwijs op de schop!

Veldhoven, 4 januari 2022

Beste kersverse minister(s) van onderwijs,

Beste Robbert en Dennis,

Ik val direct met de deur in huis. Ik wil van een paar eisen in de bekostigingswet af! Ik denk dat ik overigens niet de enige ben. Geef het onderwijs terug aan de experts. De mensen die er voor gestudeerd hebben. Ik wens jullie veel succes en hoop dat een goed begin het halve werk wordt. Als start; pas de bekostigingswet aan! Schaf de stichtingsnorm, de scheiding tussen PO en VO af , verplichte toetsen en examens en het curriculum af!

De stichtingsnorm

Er is zoiets als een stichtingsnorm. Iemand heeft bedacht dat als een school groot is, deze ook beter presteert. Dat de school dan efficiënter is. Dat zou misschien kunnen vanuit een bepaald economisch model maar als het kind centraal staat, zoals menig schoolgids pleit, zou economische efficiëntie niet voornaam mogen zijn. Het gaat immers om het belang van het kind en vooral over de lange termijn. Wat wordt uiteindelijk het vervolgsucces van elke willekeurige leerling in de samenleving als deze een volwassen leeftijd heeft bereikt.

Ik durf te beweren dat die grote scholen die we hebben een van de redenen is waarom het onderwijs in Nederland juist niet goed functioneert. Op middelbare scholen sjokken kinderen van les naar les. Verdiepen zich heel even in een vak en hop weer naar een volgende vluchtige les. Stel u eens voor dat u elke 50 minuten al uw spullen op moet pakken en weer aan een ander bureau moet gaan zitten, andere mensen om u heen, een andere ‘baas’ die zegt wat u moet doen. Mijn zoon heeft eens bijgehouden wat hij effectief op zo’n schooldag deed, wanneer hij echt het gevoel had, ‘he leuk, hier leer ik iets. Dit is echt interessant wat deze leraar zegt’. Ik kan u vertellen, die momenten waren er maar het waren er schrikbarend weinig, hij kwam per dag op zo’n 30 minuten. En als het dan eens echt interessant was en je meer wilde weten, was de les voorbij of werd je uitgelachen omdat je interesse toonde in een vak, in een leraar. Voor dat iedereen zit, het huiswerk uit de tas is. Gecheckt is of iedereen zijn huiswerk wel gemaakt heeft, de onrust in de klas, het geklier en geklooi, wat informatie, huiswerk voor de volgende les en het is al weer voorbij…. Volgende les. Het echte leren doe je thuis. Dat lukt op school niet. Te druk, teveel gedoe en constant je boeltje pakken om weer ergens anders te gaan zitten.

En dat met duizenden leerlingen tegelijk. Voor een docent die 8 lesuren op een dag heeft van zeg 28 leerlingen in een klas, wil zeggen dat die docent dus 224 leerlingen voorbij ziet komen die dag. En dat voor 5 dagen in de week. Hoe houden ze dat vol? Het is superleuk om iemand iets te leren. Maar dit is een soort lopende band werk waarvan je je afvraagt of het de docent is die de leerling op dat moment iets aan het leren is. Of wacht de leerling de les wel af, leest het thuis een keer door, maakt zijn sommen en weet wat hij moet doen bij een toets. Waar is de vervulling, de interesse, het echte leren, het willen weten? Het in discussie gaan met de docent of de geschiedenis wel klopt? Of de schijf van 5 wel waar is? Een onderwerp aansnijden wat niet voorkomt in het curriculum. Er is allemaal geen tijd voor, we moeten door. Want we hebben het heel efficiënt ingericht, met zoveel mogelijk kinderen door zoveel mogelijk lessen. En dat jaar in, jaar uit.

In mijn ogen is dit proces VERSCHRIKKELIJK en inefficiënt. Het haalt alle plezier, spel, relatie, autonomie, interesse, nieuwsgierigheid, passie en alles wat leren juist leuk maakt eruit. Heeft u ooit van meneer Dunbar gehoord? Het getal van Dunbar is de vermeende cognitieve grens aan het aantal individuen waarmee een persoon een stabiele, sociale relatie kan onderhouden. Lijkt u dat niet een voorwaarde voor een school? Een omgeving waar kinderen een stabiele, sociale relatie kunnen onderhouden. Dat klinkt voor mij als een randvoorwaarde om efficiënt te leren en te investeren in de lange termijn opbrengst voor ieders ontwikkeling. Als je je veilig voelt, durf je meer van jezelf te laten zien. Je wordt letterlijk gezien, mensen om je heen hebben tijd voor je. Jij hebt tijd voor anderen, je kunt samen besluiten meer tijd aan een onderwerp te besteden omdat je er meer over wilt weten, omdat het je interesseert.

Ik zeg; een nieuwe wet! Maximaal 150 leerlingen per school! En docenten kunnen gewoon in de verschillende scholen werken.

Examens en toetsen

Alles wat je doet op school is gericht op de eerstvolgende toets. Dat bepaalt je succes. Je cijfers zijn bepalend voor je geluk. Slechte cijfers is boze ouders, blijven zitten, dingen opnieuw doen die je vaak niet interesseren, kortom een frustrerend gebeuren. In te veel gevallen zeggen slechte cijfers helemaal niets over je intelligentie, je leervermogen en laat staan je toekomst. Wat gebeurt er met al die frustratie die in mensen opgebouwd wordt? Waarom neemt het gebruik van antidepressiva enorm toe onder de bevolking en met name ok onder jongeren? Waar zijn er in een land als Nederland zoveel thuiszitters?

Het systeem van gemiddelden heeft iets oneerlijks. Vorige toets had ik een 3, nu heb ik een 7, sta ik nog steeds een 5 gemiddeld. Het wordt me dus ook nog eens extra moeilijk gemaakt door me met het verleden te straffen. Waarom mag ik niet doorgaan en de 3 net zo lang herkansen tot ik dat onderdeel ook goed kan maken? Er is geen tijd? Die tijd is er wel, maar dan loop ik van les naar les te sjokken.

En wat zegt het nou echt over mij als ik een voldoende haal voor een vak? Dat ik heel talig ben, makkelijk dingen uit mijn hoofd leer en kan reproduceren? Wat als we alle leerlingen die vandaag een voldoende voor een toets halen, die zelfde toets een jaar later weer laten maken zonder er opnieuw voor te leren, halen ze dan weer een voldoende? Wat hebben ze nu echt geleerd? Ik zie leerlingen leren voor een staatsexamen en VWO scheikunde in 8 maanden er in stampen en het met een mooi cijfer halen. Ze snappen het kunstje, springen door de hoepel en maken het examen. Ze hebben het nodig om naar een vervolgopleiding dus doen ze het. In plaats van 5 jaar lang scheikundelessen te volgen op een VWO, doen ze het gewoon in 8 maanden! Dat noem ik efficiënt. Laat leerlingen zelf bepalen en oefenen welke examens ze wanneer doen. Gebruik toetsen als diagnostisch materiaal zoals het altijd al bedoeld was. Je maakt een toets en ziet wat je nog niet zo goed weet en daar ga je dan wat extra voor leren. Dan heb je als leerling ook het gevoel dat je nuttig bezig bent. Bovendien ben ik niet voor eindtoetsen maar voor entree-toetsen voor de opleiding waar je naar toe wilt gaan. Veel nuttiger en je kunt dan vanuit intrinsieke motivatie leren.

Nu zijn toetsen de maat. Je bent goed of slecht op school op basis van je cijfers. Stop met cijfers.  Laat leerlingen op verschillende manieren zien dat ze bepaalde stof beheersen. Dat kan op zoveel manieren behalve dan met een toets. Mensen zijn verschillend en hebben verschillende leerstijlen. Een docent heeft heel snel door wat voor leerling hij voor zich heeft en welke competenties deze in huis heeft. Welke vorm past bij de leerling om te laten zien wat hij in huis heeft. Om zo samen te ontdekken en te bepalen wat een volgende ontwikkelstap kan zijn. En met die kleine scholen van 150 kinderen is dat geen probleem. Iedereen blij en opeens wil iedereen weer leraar worden! Geen lerarentekort meer!

Hef de scheiding tussen PO en VO op!

Als ik bel naar OCW, of de inspectie is de eerste vraag altijd ‘belt u voor PO of VO?’. Als ik dan zeg ‘beiden’, wordt het stil aan de lijn. ‘Dat kan niet, u moet kiezen anders kan ik u niet doorverbinden’.

Ja, wij zijn een school gestart voor kinderen van 4 t/m 21 jaar. Alles loopt door elkaar. Het is net het echte leven. Mensen van verschillende leeftijden, verschillende niveaus, verschillende interesses, eigenlijk verschillend in alles want niemand is gelijk. Wat we wel zijn is gelijkwaardig! Iedereen heeft het recht om in de school te zijn en iedereen heeft recht op respect. Ongeacht leeftijd, geslacht, interesse, uiterlijk en ga zo maar door. De enige twee afspraken die nodig zijn is gelijkwaardigheid en respect. Alles is op deze twee waarden terug te voeren.

Het leren van elkaar is optimaal als de verschillen er mogen zijn. Hoe meer diversiteit in de wereld om je heen des te meer er te leren valt. Voor bepaalde activiteiten kan leeftijd een rol spelen maar als we samen gaan koken maakt het niets uit.

Voor mij is het onbegrijpelijk dat we kinderen op leeftijd en cognitieve prestaties indelen. Jarenlang! We halen alle diversiteit eruit en vinden het dan raar dat we weer lessen moeten gaan geven over diversiteit. We zijn onze eigen problemen aan het creëren. Problemen die we in de samenleving terug zien. LAAG ONDERWIJS en HOOG ONDERWIJS? Wat doen die woorden met je? Geef toe hoog klinkt toch beter dan laag? De een is dus blijkbaar beter dan de ander. Oh jij kon zeker niet zo goed leren dus ben je maar kapster geworden? Oh wat knap een master psychologie, fijn dat je zo goed kan leren. Waar is het overduidelijke signaal dat alles belangrijk en gewoon knap is, omdat jij er je best voor gedaan hebt.

Ik stel voor; we gaan met een stofkam door de taal en we halen alle ongelijkwaardige woorden eruit! Tijdens de lagere en middelbare school houden we iedereen bij elkaar, samen zoals we in de samenleving het ook allemaal samen moeten doen. De een is niet hoger of lager dan de ander, niet beter of slechter. We zijn samen en we zullen het samen moeten doen. En ja ook kinderen die een andere taal spreken omdat ze ergens anders geboren zijn. Hen verbieden op scholen hun eigen taal te spreken is zeer ernstig. Het is hun identiteit, het is wie ze zijn. Respecteer een ieder, dus ook iemands eigen taal. Uiteraard willen zij ook Nederlands leren als ze hier wonen en hoeft niemand zich zorgen te maken of ze het leren. Maar laat ze wel samen met alle andere kinderen naar school gaan. Laat ze samen spelen, dan volgt de taal vanzelf. Frustreer ze niet met het moeten schrijven van de taal, dat komt later wel goed. We zijn blij met ieders bijdrage, groot of klein. Elke bijdrage telt! Na de middelbare school kiest ieder zijn of haar richting op basis van interesse en leervermogen. Je doet een entreetoets voor de opleiding die jij wilt gaan volgen. Het beroep wat jij graag wilt gaan leren, op het niveau wat bij jou past. Je hebt jaren de tijd gehad om daar samen met de mensen om je heen achter te komen. En je doet dit op de leeftijd waarop je er aan toe bent. Misschien als je 15 bent, of juist pas als je 21 jaar bent. Iedereen is immers anders.

Een bijkomend voordeel; geen citostress, geen keuze voor een bepaald niveau middelbare school waar kinderen enorme druk van ouders ervaren ‘hoe hoger, hoe beter’.

Curriculum

Schaf het nationaal curriculum af! Vertrouw op de passie van de mensen. Docenten, leermeesters, ouders, leerlingen zijn nieuwsgierig. Maak ruimte voor vragen. Kinderen stellen duizenden vragen als ze klein zijn, ze zijn een en al verwondering en willen alles weten. Ga het aan zoals het komt. Ook het leren lezen en schrijven. Iedereen snapt dat het handig is om te kunnen lezen en schrijven. Maar ook hier weer weten we dat het proces van leren lezen en schrijven bij iedereen anders verloopt. Uit hersenonderzoek is al lang gebleken dat de hersenrijping niet bij iedereen op het zelfde uur en tijd gelijk verloopt. Er zijn eenvoudige manieren om vast te stellen waar iemand in zijn of haar ontwikkeling zit. Door het goede moment af te wachten en kinderen niet te frustreren met iets te leren waar ze nog niet aan toe zijn voorkomen we een hoop leed. Onnodig leed. Wij krijgen kinderen binnen op school die zeer intelligent zijn maar niet kunnen lezen en schrijven, gefrustreerd, boos, hekel aan school. Op school worden ze namelijk dag in, dag uit geconfronteerd met iets wat ze niet kunnen, elke dag weer. We laten ze vervolgens volledig met rust, leren ze kennen, geven ze de tijd om bij te komen, weer met plezier naar school te gaan. Na verloop van tijd pakken ze het zelf weer op, zonder stress vanuit rust en op een manier waarop het wel lukt. Niets aan de hand. Zo kan het ook. Dat noem ik efficiënt.

Zorg dat mensen TIJD ervaren op scholen. Je hebt gemiddeld zo’n 14 jaar de tijd om heel veel te leren. Dat is heel veel tijd samen! De rekenstof van de lagere school kun je iemand in 90 uur leren, waarom zou je er dan 8 jaar over doen? Je hoeft alleen maar het goede moment af te wachten! Er is tijd genoeg om alle vragen te stellen en de antwoorden te horen en te onderzoeken.

Het leven is het curriculum en er is tijd genoeg!

Opvoeding

Ik wil van een aantal dingen af, dat is duidelijk. Wat ik juist wil toevoegen is opvoeding! Ik maak het mee, ouders van alle niveaus, opvoeding is moeilijk. Opvoeden is een uitdaging. Er heerst een soort taboe op opvoeding. Mensen bemoeien zich niet met elkaars opvoeding.

Wij ervaren dat de tijd die wij overhouden omdat we niet van les naar les gaan, geen vaste roosters en planningen volgen, kunnen gebruiken voor ouders. Iedere leerling krijgt een aantal beeldvormende gesprekken per jaar. De leerling zelf en een eigen gekozen medeleerling, beide ouders zijn vereist en twee docenten/begeleiders. We vormen samen een beeld van de ontwikkeling van de leerling en kijken wat nodig is. Wie moet iets doen of juist laten. Het gaat eigenlijk over opvoeden, projectie van ouders op hun kinderen, verwachtingen, vertrouwen, allemaal elementen die het ingewikkeld kunnen maken. We bespreken het, stellen ons allemaal kwetsbaar op, geven het kind vertrouwen en bieden het onze hulp aan. Het kind mag het op zijn eigen manier doen! Met vallen en opstaan. Mag zijn eigen fouten maken en leren.

Ook organiseren we avonden waarop ouders samen komen en ze kunnen delen wat ze moeilijk vinden. Wij delen onze visie op wat wij zien, de interactie tussen kinderen. Tussen de kinderen en de volwassenen in de school. We delen de dingen die de ouders niet zien omdat ze niet in de school zijn. Het is zo waardevol en geeft een enorm gevoel van verbinding! Van gezien worden, allemaal. Dat is wat vormt, wat richting geeft en waardoor je sterk wordt. Wat Maria Montessori al zei ‘leer het mij zelf te doen’  Uiteindelijk moeten we het allemaal zelf doen. Ook hulp vragen is ‘zelf doen’. Het gaat niet om alleen, om het individu maar om het gevoel van authentiek mogen zijn in een samenleving. Een goede balans te vinden waarin je geleerd hebt goed voor je zelf te zorgen zonder dat dat ten koste gaat van anderen. Als we dat onze kinderen kunnen leren krijgen we een samenleving waar we allemaal trots op kunnen zijn.

Tot slot

Nou mijn verhaal is wat langer geworden dan ik had gedacht toen ik begon. Ik hoop dat jullie wat kunnen met alle goede ideeën die er in staan. Ik heb veel vertrouwen in de toekomst en denk dat we veel slimmer zijn dan we nu laten zien. We zijn gewoon zo gewend geraakt aan hoe het nu gaat dat we soms vergeten opnieuw te kijken. We denken dat dit normaal is. Maar zoals Harari zegt in zijn boek, ‘Alles is bedacht’. Alles kan dus ook anders bedacht worden. Ik zou zo zeggen dat dit met nieuwe ministers een mooi moment is. Ik denk graag mee, ben overigens vast begonnen en laat met onze school zien dat het ook echt werkt.

Ik wens ieder kind en elke docent in Nederland een school op basis van gelijkwaardigheid en respect.

 

 

 

 

 

Vorige
Vorige

Onderzoek naar wiskundige ontwikkeling in vrijheid

Volgende
Volgende

Visiedagen 17 en 18 september